Opdrachtgever: Vlaamse overheid; Beleidsdomein Mobiliteit en Openbare Werken; Vlaams Ministerie van Mobiliteit en Openbare Werken; Departement Mobiliteit en Openbare Werken; Afdeling Maritieme Toegang, meer
In het streefbeeld uit de LangeTermijnVisie (LTV) en in de Ontwikkelingsschets (OS) 2010 voor het Scheldeestuarium worden intergetijden- en ondiepwatergebieden als belangrijke fysieke systeemkenmerken van het Schelde-estuarium omschreven. Vanuit de ecologie stelt de OS dat laagdynamische ondiepwatergebieden en intergetijdengebieden het meest interessant zijn. Lage dynamiek wordt vaak gekoppeld aan de maximale snelheid van de waterstroming, doch ook bodemvormen en andere stromingskarakteristieken zouden bepalend kunnen zijn.
In een eerdere studie werd de relatie abiotiek-biotiek voor de zone rond de Plaat van Walsoorden (Westerschelde) onderzocht, in voorliggende studie wordt onderzocht of deze benadering ook voor de Zeeschelde kan worden toegepast.
Binnen dit rapport wordt onderzocht of er, en zo ja welke, relaties er bestaan tussen de bodemvorm- en stromingskarakteristieken. Hiervoor wordt in de eerste fase gefocust op 4 deelgebieden, verspreid over de verschillende saliniteitszones in de Zeeschelde. Dit zal uiteindelijk uitgebreid worden naar de volledige Zeeschelde en aanleiding geven tot zogehete fyisiotopenkaarten.
In een volgend deelrapport zal de relatie abiotiek-biotiek onderzocht worden.
Alle informatie in het Integrated Marine Information System (IMIS) valt onder het VLIZ Privacy beleid